De temperatuur gaat omhoog en de melkproductie omlaag. De lijst met ophaalkoeien voor de melkrobot wordt steeds langer. Herkenbaar? Een goed plan voor warme periodes is op robotbedrijven extra belangrijk. Daarom geeft robotspecialist Sebastiaan Hamer tips waarmee je de loop op de melkrobot kunt behouden.
Wanneer de koeien naar het voerhek komen, is het belangrijk dat ze maximaal voer opnemen. Zorg voor een vers en fris rantsoen en voorkom broei. Dit kun je bereiken door 1,5 a 2 liter Selko TMR per ton aan het rantsoen toe te voegen. Hiermee beperk je de opwarming van het rantsoen aan het voerhek. Een andere optie is tweemaal daags voeren van de koeien. Zorg ook voor voldoende ventilatie in de stal en zorg dat de ventilatoren bij 18 graden inschakelen.
Door de hitte gaan koeien hijgen om warmte kwijt te raken, hierdoor verliezen ze meer bicarbonaat. Dat zorgt voor een verminderde buffercapaciteit van de pens en dus een hogere kans op pensverzuring. Voeg daarom extra buffers toe aan het rantsoen (adviesdosering: 150 gram Rumibuffer per koe per dag). Ook hebben koeien tijdens warme dagen extra behoefte aan water. Maak daarom de waterbakken elke dag schoon, zodat ze graag blijven drinken.
Door een lagere voeropname kan de verhouding ruwvoer- krachtvoeropname scheef komen te liggen. Stem met je melkveespecialist af of de maximale krachtvoergift 10% verlaagd dient te worden om de verhouding in balans te brengen.
Door de hitte kan de melkproductie van koeien gaan dalen. Voorkom dat de melk-voertabel de koe droog gaat zetten! Kijk samen met je melkveespecialist hoe je de melk-voertabel het beste in kunt richten tijdens de warme dagen. Zet de krachtvoergift bijvoorbeeld vast (of stel de afname in op 1 gram). Vergeet na de warme periode niet om de instellingen van de melk-voertabel weer terug te zetten.
Hoge tempraturen zorgen ook voor meer overlast van vliegen. Vliegen maken koeien onrustig met meer mislukte melkingen door afgetrapte bekers als gevolg. Wanneer dit te vaak gebeurt wordt de koe niet goed uitgemolken, wat weer kan leiden tot uiergezondheidsproblemen. Hoe schoner de omgeving, hoe minder vliegen. Werk hygiënisch, zorg dat zowel de robotruimte als de melkopvangemmers schoon zijn. Om de melk in de dumpemmers koel te houden, kunnen er koelelementen ingelegd worden. Hierdoor is er een minder snelle bacteriegroei en blijft de kwaliteit van de melk beter.
Vliegen hebben een hekel aan luchtstromen. Hang een ventilator op in de robotruimte. Let daarbij wel op dat de koeien goed gesprayd blijven worden en de ventilator niet alle spray de lucht in blaast. Voorkom ook dat de ventilator te veel lawaai maakt, dat schrikt de koeien af.
Doordat dieren tijdens warme dagen meer staan om de warmte kwijt te raken, is de belasting van de klauwen hoger dan gebruikelijk. Dit uit zich in de herfstmaanden in een slechtere klauwgezondheid. Wees hier extra alert op en neem op tijd actie!
In de zomer stijgt het celgetal / het aantal klinische mastitis gevallen op veel bedrijven; dit hoort in het najaar weer te dalen. Ook het aantal nieuwe infecties dient beduidend af te nemen (<10%). Ziet u dit niet; maak een plan van aanpak met uw melkveespecialist.
Staat het robotbezoek toch nog onder druk? Zorg dat je de ophaalkoeien uit het vaste ophaalritme haalt en niet steeds op de vaste tijden blijft halen om deze groep er zo weer bij te krijgen.
Naast bovengenoemde maatregelen is het ook vooral belangrijk om de koeien bij warm weer extra goed in de gaten te houden. Loop een extra rondje tussen de dieren en maak de ligboxen wat vaker schoon. Kijk ook een keer vaker naar de attentiekoeien in het managementprogramma.
Wil je meer informatie over robotmelken met ForFarmers of heb je een vraag aan onze robotspecialisten? Neem contact op, wij helpen je graag verder!
